Het aanhoudende tekort aan arbeidskrachten dwingt de logistieke sector tot nadenken. Robotisering kan het tekort deels oplossen, maar dan moet dat wel gepaard gaan met sociale innovatie. Dat bleek tijdens de Logistiekdag 2020, het goed bezochte congres in voetbalstadion Gelredome. “We kunnen niet alles robotiseren. Er zijn nog zoveel taken waarin mensen beter zijn.”
“Hoeveel mensen werken bij een bedrijf met een afdeling human resources?”. Veel deelnemers aan de Logistiekdag 2020 steken hun hand omhoog op deze vraag van Mieke Damen. “Een erg vervelend woord”, zegt de voorzitter van de Commissie Imago en Instroom, een initiatief van de Topsector Logistiek. “De term human resources klinkt alsof mensen productiemiddelen zijn. Human capital klinkt al beter, maar ook in deze term klinkt nog steeds het economisch denken door.”
Damen pleit voor een andere kijk op de mensen in de logistiek. Alleen dan kunnen we iets doen aan het tekort aan logistiek talent. “We hebben 35.000 vacatures in onze sector, waarbij het gevraagde opleidingsniveau steeds hoger wordt. Vanuit de logistieke opleidingen schommelen elk jaar gemiddeld 12.000 talenten in. Dat is veel te weinig”, concludeert Damen.
Sociale innovatie
De Topsector Logistiek probeert de instroom te vergroten met verschillende wervingscampagnes. Tijdens Girlsday op 2 april kunnen meisjes nu ook kennis maken met de sector logistiek. Maar er is meer nodig. Damen roept alle deelnemers op om naar scholen te gaan en gastlessen te verzorgen. Door te vertellen over het vak kan de jeugd worden verleid om voor een logistieke opleiding te kiezen.
Vervolgens is de vraag hoe we dat talent optimaal kunnen benutten. Sociale innovatie is noodzakelijk, stelt Damen. “Mensen vormen de sleutel tot innovatie. Denk aan robotisering. Hoe kunnen we mensen leren werken met robots? Als dat lukt, worden niet alleen de mensen maar ook de robots effectiever ingezet.”
Mobiele cobots
Robotisering is één van de antwoorden op het tekort aan arbeidskrachten in de logistiek. Logistiek dienstverlener DSV onderzoekt daarom de mogelijkheden van cobots. “Wij bouwen in Tholen momenteel een nieuw distributiecentrum van 95.000 vierkante meter. Daarvoor zijn mensen nodig. Door saaie, repeterende handelingen te automatiseren kunnen we het werk voor die mensen aantrekkelijker maken. Een pallet van A naar B verplaatsen is echt geen taak die per se een mens moet uitvoeren”, vertelt Alex van der Plas, manager operations bij DSV.
Samen met Smart Robotics werkt DSV aan een toepassing met cobots op AGV’s. Die mobiele cobots moeten zelf de weg door het warehouse zoeken en artikelen uit de stellingen picken. “Daarbij letten we onder meer op de interactie met mensen. We kunnen lang niet alles robotiseren. Er zijn nog zoveel taken waarin mensen beter zijn. Belangrijk dus dat die cobots met mensen kunnen samenwerken”, verklaart Heico Sandee, mede-oprichter van Smart Robotics.
“Mensen zijn flexibel”
Als voorbeeld noemt Sandee de volgorde waarin artikelen op een pallet worden gestapeld. De zwaarste artikelen moeten onderop, de lichtste bovenop. “Mensen zijn flexibel. Als ze een zwaar artikel moeten stapelen, weten ze de andere producten op de rolcontainer zo te verplaatsen dat het zware artikel toch onderop komt. Een robot snapt dat niet. Bij een robot moeten we artikelen in een vaste volgorde aanvoeren, de zwaarste eerst.”
Als cobots tussen en met mensen kunnen werken, rekent een investering zich gemakkelijker terug. “In e-commerce liggen de pieken in de avonduren. Moeten we dan genoeg cobots aanschaffen om 100 procent van die piekcapaciteit af te dekken? We kunnen ook cobots inzetten voor de 30 procent van de piekcapaciteit die doorlopend nodig is. Voor de andere 70 procent kunnen we dan mensen inzetten”, stelt Van der Plas.
Op reset-knop drukken
Cobots zijn doorgaans langzamer dan mensen. Als het gaat om palletiseren van artikelen, kan een mens gemiddeld 500 artikelen per uur stapelen. Een cobot komt niet verder dan 360 artikelen per uur. “Maar een cobot kan meerdere shifts mee. Als één cobot twee medewerkers vervangt, is een investering doorgaans al rendabel”, vertelt Van der Plas.
En de medewerkers zelf? Hoe ervaren die de samenwerking met een cobot? “Positief”, antwoordt Van der Plas, die het voorbeeld noemt van een proces waarvoor DSV tot voor kort twee medewerkers inzette. De eerste pakte artikelen uit een doos, de tweede legde die artikelen op een band. Het werk van die tweede medewerker wordt nu gedaan door een cobot. “Die man is blij dat hij niet meer voor dat werk wordt ingeroosterd. Die andere man ziet zijn functie tegelijkertijd een stuk interessanter worden. Want hij moet die robot bedienen en af en toe op de reset-knop drukken.”